De lente in aantocht met de Magnolia

Eergisteren -voor de broodnodige variatie- weer eens aan het schilderen geslagen. Dat is tamelijk lang geleden, omdat ik de laatste jaren druk met Histotainment bezig ben geweest. Echter nu de magnolia volop bloeit, heb ik enkele takken gesnoeid, in een pot gezet en ben ik aan de slag gegaan.

Jammer, de inspiratie liet wel erg lang op zich wachten….Of zou het aan de- inmiddels- uitgedroogde verf te wijten zijn? Lekker gekliederd, dat wel.

Dan maar op zoek naar een andere magnolia-impressie. En gevonden…. een voorbeeld van de bekende Magnolia ‘Soulangeana’. Enorme bloemen, in de knop, roze van kleur. Ze worden steeds lichter  naarmate ze open komen. Onze oude boom vormt inmiddels grote, zware, grillige takken. Mooie combi met de tere, lieflijke bloemen. Een prachtig kunstwerk in mijn glazen pot en op deze foto.

Foto: Florapodium

Overigens is de Magnolia een boom waarvan fossielen zijn gevonden die meer dan 20 miljoen jaar oud zijn, ze behoort dan ook tot een van de oudste boomsoorten ter wereld.  (Brontekst/foto: florapodium)    De Magnolia ‘Soulangeana’ bestaat echter “pas” 200 jaar: in 1820 wordt deze  kruising gecreëerd door de Fransman Étienne Soulange-Bodin.  Nadat hij in het leger van Napoleon heeft gestreden als officier, trekt hij zich terug op zijn landgoed Froment bij Parijs en houdt zich voortaan -zowel in theorie als praktijk- met botanisch onderzoek bezig. Zo ontwikkelt hij nieuwe conserveringsmethodes voor planten, en experimenteert hij volop met allerlei plantenvariëteiten. Weldra wordt zijn landgoed een buitengewone botanische tuin!

Men verwijt Etienne Soulange-Bodin wel eens dat hij bij Keizerin Joséphine, de eerste vrouw van Napoleon, de passie voor haar botanische tuin in Malmaison dermate heeft aangewakkerd dat het onderhoud leidde tot “enorme uitgaven”. Jammer genoeg is dat niet verder gedocumenteerd!

Na de val van Napoleon gaat Etienne gedreven door met zijn activiteiten en in 1829 richt hij de eerste Franse tuinbouwschool op, die uitgaat van wetenschappelijk onderzoek. De Franse koning Karel X is hiervan dermate onder de indruk tijdens een bezoek aan de school, dat die voortaan het predikaat “koninklijk” mag gebruiken! Je kunt je voorstellen dat dit succes een enorme stimulans is voor Étienne Soulange-Bodin en binnen de kortste keren organiseert hij de eerste Flora-expositie in het Louvre. Opvallend is dat niet de magnolia’s, maar de dahlia’s hierbij een belangrijke plaats innemen. Etienne wijdt hier later ook enkele publicaties aan.

Ondertussen wordt de botanische tuin van Froment wijd en zijd bekend. Vanuit heel Europa komen bezoekers de tuinen met meer dan 3000 verschillende soorten planten en bomen, waaronder veel exotische, bewonderen. In 1841, merkt de schrijver J. de Gaulle in zijn  “Nouvelle histoire de Paris” op dat het om een universele plantencollectie gaat die zijn weerga niet kent in Europa.

Hoe het verder gaat met het prachtige landgoed? Enige tijd na de eerste wereldoorlog koopt een zekere

Albert Rémy, burgemeester van Ris-Orangis, het kasteel en vestigt er “la mairie” (het gemeentehuis).

Het overgrote deel van het park met de beroemde botanische tuinen valt daarna ten prooi aan een soort “project-ontwikkelaar”, een meneer Bernard Lévy, die het perceel in kleine kavels verdeelt en daarna verkoopt. Ongetwijfeld met veel winst.

Tot op de dag van vandaag pronkt er echter nog een eeuwenoude Ginkgo Biloba in de voortuin van het gemeentehuis, als stille getuige van de hoogtijdagen van weleer.